Privacyverklaring

China overtreft Europa in groene financiering

31 januari 2025
Tekst
Gert Verlinden

Wat leren Belgische bedrijven van de financiële dynamiek in groeiland China? Een dozijn Belgische ondernemers trok naar China, waar de snelheid van innoveren enorm is. "China is niet langer het land van lage lonen. Het draait nu om innovatie en kwaliteit”, zegt delegatieleider professor Rudy Aernoudt.

Welke inzichten hebben jullie verworven tijdens de reis naar China?

Guy Louis: “De evolutie in China is indrukwekkend. De steden zijn groener dan hier, de elektrificatie van het wagenpark is vergevorderd en de snelheid van ondernemen en innoveren is opmerkelijk hoog.”

Denis Leysen: “De steden zijn groter dan ik had verwacht. Toch heerst er stilte dankzij elektrische auto’s en de groene periferie. De competitiviteit wordt enorm gestuwd, bijvoorbeeld door Chinese automerken met elkaar in concurrentie te laten gaan. Toch vind ik de Chinezen minder ondernemend dan westerlingen omdat er een hiërarchische cultuur heerst, met tomeloos respect voor leiderschap. Ik zie eerder trouwe uitvoerders van werk die iets minder proactief zijn. Toch maken ze met die focus het verschil.”

Rudy Aernoudt: “De veranderingen in China blijven verbazen. De steden zijn proper en gemoderniseerd. In de auto-industrie concurreren verschillende merken van één constructeur, zoals Geely, met elkaar. Binnen de groep geldt de wet van de sterkste. De productiviteit ligt hoog. De productietijd tussen de eerste tekening en een kant-en-klare auto bedraagt 14 maanden, terwijl dat bij ons gemiddeld 42 maanden is.”

Gwenn Sonck: “De innovatie in China is ongezien. Autonoom rijden is bijvoorbeeld al een realiteit in bepaalde districten in Beijing, Shanghai en enkele andere steden. Onze bedrijven zijn steeds meer aanwezig in China omwille van die innovatiesnelheid. Het voelt alsof je een fitnesscentrum binnenstapt: bedrijven moeten fit zijn en blijven innoveren.”

Jun Jiang: “China is open voor het Westen en staat klaar voor samenwerking. Er is niets dat zij hoeven te kopiëren. De vooruitgang, ook op het gebied van bescherming van intellectuele eigendom, is enorm. Speciale rechtbanken bestraffen inbreuken op intellectuele eigendom. Die wetten worden streng nageleefd.”

Waar liggen de grootste groeikansen voor Belgische bedrijven die zakendoen met China?

Jun Jiang: “De Chinese middenklasse groeit snel en de lonen verhogen. Dat biedt kansen op het gebied van biologische voeding en groene energie.”

Gwenn Sonck: “Bedrijven die op de Chinese markt aanwezig willen zijn, hebben een nicheproduct nodig. Innovatie maakt het verschil, want de concurrentie is hevig. De Chinese economie groeit nog steeds met 4,5 procent, dat is veel ten opzichte van elders in de wereld. Er zijn opportuniteiten in de automobielindustrie, de medische sector, biotech, chemie, hernieuwbare energie, voeding en dranken. Ook onderzoek en ontwikkeling en de dienstensector, zoals het beheer van pensioenfondsen, bieden kansen.”

Denis Leysen: “Vroeger kon je in China alles verkopen. Nu is de markt volwassen. Je hebt een strak plan nodig met een duidelijk onderscheidend vermogen. België hoeft zich niet meer te bekommeren dat China onze producten kopieert, integendeel: wij kunnen van hen leren.”

Rudy Aernoudt: “Dat is de grote transitie. China is niet meer het land van de lage lonen. Het draait nu om innovatie en kwaliteit. De vooruitgang op het gebied van zonne-energie, batterijen en elektrische voertuigen is indrukwekkend. Dat brengt risico’s mee, zoals de zorgwekkende kapitaalbehoeften van Chinese banken. De uitstaande bedragen zijn bijzonder hoog. Je merkt dat de overheid lokale banken dient te ondersteunen. De interpretatie van de Bazel-richtlijnen is soepeler dan in Europa. Zo ontstaan bancaire reuzen op lemen voeten.”

Guy Louis: “Bedrijven in China denken en handelen op een duurzame manier. De ESG-doelstellingen (environmental, social, governance) zijn vanzelfsprekend voor hen. Steden zijn continu in ontwikkeling, maar ze zorgen dat er veel groen rondom is.”

Is er een verschil in financieringsstructuur tussen Chinese en Belgische bedrijven?

Rudy Aernoudt: “Veel ontwikkelings- en onderzoeksprojecten zijn gebaseerd op een gezamenlijke financiering met EU-landen. Financiering in China lijkt sterk op die in Europa: bedrijven gebruiken bankfinanciering, private equity en trekken vervolgens naar de beurs. Ik merk ook een compartimentering van de financiële risico’s: elke partij binnen een industriële groep haalt individueel fondsen op.”

Denis Leysen: “Veel Chinese oprichters hebben gestudeerd of gewerkt in Europa of de VS. Ze spreken perfect Engels. Hun langetermijnmentaliteit is diep ingebakken in hun cultuur. Dat zie je in hun eeuwenoude geschiedenis, zoals de bouw van de Chinese muur. De plannen van het overheidsbeleid worden rigoureus gevolgd.”

Gwenn Sonck: “Chinese bedrijven nemen sneller beslissingen. De Chinese overheid heeft een langetermijnstrategie, investeert sterk in onderzoek en ontwikkeling en biedt subsidies om innovatie te ondersteunen bij ondernemingen die een maatschappelijke bijdrage leveren.”

Guy Louis: “Er heerst een sterke concurrentie tussen verschillende regio’s in China. Ze lokken ondernemingen met subsidies en helpen hen met het vinden van de geschikte locatie.”

Denis Leysen: “Wanneer je een joint venture opzet met een lokale Chinese partner, zijn je belangen beter beschermd. Lokale spelers kennen het rechtssysteem en beschikken over expertise en kapitaal.”

(kader)

Hoe kunnen Belgische bedrijven inspelen op de groeiende investeringen van Chinese bedrijven in België?

Jun Jiang: “De Antwerpse haven is een belangrijke toegangspoort voor Chinese bedrijven. Hoewel de capaciteit soms beperkt is, blijven ze geïnteresseerd in samenwerking met Belgische partners.”

Gwenn Sonck: “Ieder bedrijf dient een China-strategie te hebben. Niet alleen wat export of investeringen betreft, maar ook voor het assisteren van Chinese bedrijven die zich in Vlaanderen willen vestigen. Denk aan het leveren van diensten of de marketing van hun producten.”

Rudy Aernoudt: “Politiek speelt een belangrijke rol. Brussel is gekender bij Chinese investeerders dan België zelf. Onze politieke structuren en regio's dienen samen te werken om aantrekkelijk te blijven voor Chinese investeringen.”

Meer in het topic: