Privacyverklaring

Nieuwe standaarden voor duurzaamheidsverslaggeving

13 september 2023
Tekst
Peter Ooms

Nu het Europees Parlement ook de standaarden voor duurzaamheidsverslaggeving heeft goedgekeurd, neemt de EU een voorsprong op de rest van de wereld. Europese bedrijven zullen veel meer informatie moeten vrijgeven dan hun concurrenten uit andere werelddelen.

Met de nieuwe delegated acts van de Europese Commissie worden de standaarden over duurzaamheidsrapportering van kracht voor ondernemingen in de EU. De lidstaten kunnen die niet aanpassen.

Deze regels rond duurzaamheidsrapportering zijn van in het begin zeer uitgebreid. Er zijn twee algemene standaarden (ESRS 1 en ESRS 2) die de algemene principes van rapportering over duurzaamheid vastleggen. Daarnaast heeft de EU tien meer specifieke standaarden goedgekeurd die de hele problematiek van ESG – environment, social, governance – dekken (zie kader).

ISSB: wereldwijde toepassing

Op dit ogenblik vaardigt de International Sustainability Standards Board (ISSB) ook standaarden over duurzaamheidsverslaggeving uit. De ISSB mikt op een wereldwijde toepassing. De ISSB heeft op dit moment twee standaarden uitgevaardigd namelijk IFRS S1, met de algemene principes over duurzaamheidsrapportering, en IFRS S2 met betrekking tot klimaatgerelateerde toelichtingen. De standaarden over duurzaamheidsverslaggeving uitgevaardigd door de ISSB krijgen de naam ‘IFRS Sustainability Disclosure Standards’. De wereldwijde vereniging van beurstoezichthouders (Iosco) heeft al aangekondigd zich achter de principes te scharen. De toezichthouders in de diverse landen kunnen zelf bepalen of de bij hen genoteerde bedrijven deze standaarden dienen te volgen. De verwachting is dat wereldwijd beurzen deze standaarden opnemen in de informatieverstrekking waaraan beursgenoteerde ondernemingen moeten voldoen.

In de Verenigde Staten legt de toezichthouder voor de beurs, de Securities & Exchange Commission (SEC), eigen standaarden op, met een nadruk op klimaat en werknemers.

Streven naar gelijke inhoud

“Er bestaat voorlopig een groot verschil in het toepassingsgebied van die verschillende standaarden”, zegt professor Ann Jorissen van de Universiteit Antwerpen. “De Europese Commissie heeft in één klap twaalf standaarden voor duurzaamheidsverslaggeving goedgekeurd die het hele ESG-gamma omvatten. De ISSB heeft voorlopig alleen een uitgewerkte klimaatgerelateerde standaard. Zowel de EU als de ISSB hebben al te kennen gegeven te willen streven naar een zoveel mogelijk gelijke inhoud van de standaarden. Ze willen alvast vermijden dat bedrijven die zowel ESRS als IFRS moeten toepassen veel werk hebben om aan beide te voldoen. Deze bekommernis wordt het streven naar interoperability genoemd.”

“Op dit moment heeft de ISSB slechts twee standaarden uit (IFRS S1 en IFRS S2). Het gaat enkel om klimaatgerelateerde informatie die beursgenoteerde bedrijven in de EU moeten rapporteren volgens ESRS E1 en volgens IFRS S2. De verschillen zijn hier beperkt gebleven. Wanneer de ISSB binnen enkele jaren ook het volledige ESG-gamma opstelt, wordt het voor bedrijven uitkijken of de ESRS-standaarden die in 2023 zijn uitgevaardigd geen verschillen bevatten met de standaarden die de ISSB in 2024 en later uitbrengt”, aldus nog Ann Jorissen. Zij is ook lid van Efrag Academic Panel (dat ESRS heeft voorbereid, nvdr.) en van de Hoge Raad voor de Economische Beroepen in België. Ze is ook voorzitter van het Financial Reporting Standards Committee van de European Accounting Association.

Monetaire kwantificering vs narratief

“De traditionele financiële rapportering gebeurt vooral met cijfers. Bij die cijfers horen wel toelichtingen, maar monetaire kwantificering is een basisprincipe. Bij diverse aspecten van ESG-rapportering is het echter moeilijk om informatie in exacte cijfers te vatten. Dit gaat wel voor de hoeveelheid geloosd afvalwater of de emissie van CO2. De impact van een bedrijf op de biodiversiteit in een regio uitdrukken, is al een pak ingewikkelder. In de beginjaren zal heel wat informatie daarom op narratieve wijze worden verstrekt. Zowel de regelgevers als de opstellers van duurzaamheidsverslagen hebben hier een leerproces af te leggen. In de komende jaren zullen bedrijven en hun auditors, alsook de regelgevers, hun aanpak verbeteren naarmate ze meer kennis opbouwen over deze nieuwe rapporteringsproblematiek”, zegt Ann Jorissen.

Zij is ervan overtuigd dat het verzamelen en rapporteren van activiteiten op het vlak van duurzaamheid dikwijls heel andere opvolgingssystemen zal vragen. Vooral in het begin zullen die losstaan van het informatiesysteem voor de financiële rapportering.

Effect op de wereld

Een ander verschil tussen de Europese en de internationale standaarden, is het materialiteitsprincipe dat gehanteerd wordt bij de verslaggeving. De ISSB stelt single materiality voorop. Dat houdt in dat informatie wordt verstrekt die de financiële toestand van het bedrijf beïnvloedt. De EU heeft gekozen voor double materiality.

Ann Jorissen: “Een financiële rapportering focust op de risico’s voor het bedrijf: wat kan de impact zijn van bijvoorbeeld overstromingen op de financiële toestand van het bedrijf de volgende jaren? Dit is het outside in-principe of de single materiality-focus. Om de Green Deal kracht bij te zetten, verlangt de EU bij de duurzaamheidsverslaggeving ook een inside out-focus. Wat is het effect van het bedrijf op de wereld? Daarover moet gerapporteerd worden, ook al heeft dat geen voorzienbare financiële impact op het bedrijf. Bijvoorbeeld: vormen de activiteiten van het bedrijf een bedreiging voor de biodiversiteit in een bepaalde regio? De nieuwe Europese regels verlangen dat bedrijven rapporteren volgens zowel het outside in-principe als het inside out-principe.”

Deze omvangrijke visie op duurzaamheidsrapportering vertaalt zich ook in de verplichting voor bedrijven om te rapporteren over de duurzaamheidsactiviteiten van hun hele waardeketen. Het zal dus nodig zijn om informatie op te vragen bij leveranciers en afnemers over hun impact en aanpak van de ESG-thema’s.

Bedrijfsgrootte

“De EU besloot om de duurzaamheidsrapportering nu op te leggen aan veel meer bedrijven. Vanaf 2025 moeten de grotere beursgenoteerde bedrijven hun duurzaamheidsinformatie over 2024 al rapporteren volgens de nieuwe standaarden. In de jaren erna volgen de kleinere beursgenoteerde ondernemingen en daarna de grote niet-beursgenoteerde ondernemingen. De kleinere firma’s (micro-ondernemingen) dienen zelf geen duurzaamheidsverslag publiek te maken, maar zij zullen gevraagd worden om duurzaamheidsinformatie aan te leveren aan klanten of leveranciers, afhankelijk van de waardeketen waarvan ze deel uitmaken. Ook zij zullen dus te maken krijgen met deze problematiek en gegevens moeten verzamelen en opvolgen”, zegt Ann Jorissen.

Level playing field

“De verschillen in de regels voor bedrijven maken dat zij in sommige continenten voorlopig veel meer informatie moeten geven dan in andere. Dit gaat ook gepaard met meer inspanningen om daarover te rapporteren. Eigenlijk is er nu geen level playing field meer op het vlak van het verstrekken van duurzaamheidsinformatie.”

Academische aanpak

Wat is de impact van die nieuwe regels op het cursusaanbod van de economische faculteiten aan de universiteit? Ann Jorissen: “Nu de verplichte ESRS uitgevaardigd zijn en er al twee internationale standaarden beschikbaar zijn, zullen deze opgenomen worden in het cursuspakket. Dit academiejaar zal er aandacht zijn voor die nieuwe regels. Ikzelf geef een vak Advanced Financial Statement Analysis aan de masterstudenten. Zij zullen de jaarverslagen én duurzaamheidsverslagen van bedrijven moeten analyseren. Ze dienen de beide types informatie te combineren om de toestand van een onderneming te evalueren en een uitspraak te doen over haar toekomstige rendabiliteit en kasstromen.”

(kader)

Europese duurzaamheidsverslaggeving ESRS

Algemene Standaarden

· Algemene vereisten ESRS 1

· Algemene toelichtingen ESRS 2

Specifieke standaarden

Standaarden met betrekking tot de omgeving

· Klimaatverandering ESRS E1

· Verontreiniging ESRS E2

· Water en mariene hulpbronnen ESRS E3

· Biodiversiteit en ecosystemen ESRS E4

· Gebruik van hulpbronnen en de circulaire economie ESRS E5

Sociaalgerelateerde standaarden

· Eigen personeelsbestand ESRS S1

· Werknemers in de waardeketen ESRS S2

· Getroffen gemeenschappen ESRS S3

· Consumenten en eindgebruikers ESRS S4

Governancegerelateerde standaarden

· Bedrijfsgedrag ESRS G1

Bron: EU Commissie