Privacyverklaring

Technologie en productiviteit

3 november 2023
Tekst
Jo Cobbaut
Beeld
ALEX-KOTLIARSKYI-UNSPLASH

In principe kan technologie zorgen voor meer productiviteit. Maar tools op zich zullen de productiviteit niet verbeteren. Elke organisatie moet haar werkorganisatie zorgvuldig vorm geven, in functie van échte productiviteit.

Dat blijkt uit een bevraging van Slack, een productiviteitsplatform. De leverancier van samenwerkingstools bevroeg 18.149 kantoormedewerkers en managers uit 9 landen wereldwijd (waaronder Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk).

Organisatie

65% van hun respondenten zegden dat het automatiseren van repetitieve taken hun productiviteit verbetert en hen ongeveer drie uur per week bespaart.

82% noemen ook welzijn en tevredenheid op het werk als essentiële hefbomen zvoor hun productiviteit. Werknemers die zich productiever voelen, zijn 27% vaker enthousiast over de toekomst van hun bedrijf.

Omgekeerd zegt 22% dat een te chaotische organisatie op het werk gevolgen heeft voor hun productiviteit. En 67% denkt dat de invoering van strikte tijdvensters voor afkoppelingen (bijv. na 18.00 uur en in het weekend) hun productiviteit zou verbeteren.

Middelen in plaats van resultaten

De auteurs merken echter op dat productiviteit een dubbelzinnig concept is. Sommige managers denken daarbij vooral aan het maximaliseren van de output van werknemers om de omzet te verhogen.

Maar voor de meerderheid van de werknemers betekent productiviteit eerder ‘werkdruk’ en lange avonden en weekenden werken.

In dergelijke omgevingen willen werknemers op de eerste plaats laten zien dat ze hard werken, niet noodzakelijk dat ze bezig zijn met resultaten. Uit het onderzoek blijkt immers dat productiviteit in werkelijkheid verward wordt met maximalisatie van middelen (aantal gebruikte middelen, tijd besteed aan het werk, regels code geschreven). Veel minder gaat het om het maximaliseren van resultaten.

Indicatoren

“Iedereen kan één enkele metriek manipuleren," zegt Prashanth Chandrasekar, Managing Director van het Stack Overflow platform. Daarom moet je overwegen om a posteriori en proactieve indicatoren te combineren.

Een a posteriori-indicator rapporteert over wat er is gebeurd. Hiermee kun je gebeurtenissen achteraf meten en die is niet bijzonder relevant op individuele basis.

Een proactieve indicator daarentegen stelt ons in staat om te anticiperen op de vooruitgang van het bedrijf met betrekking tot zijn doelstellingen.

AI in de potentiële fase

Een andere bevinding van het onderzoek is dat kunstmatige intelligentie en automatisering al lange tijd efficiëntiewinst beloven en nu centraal staan in alle discussies dankzij de grote vooruitgang die de afgelopen maanden is geboekt. Maar weinig werknemers maken daadwerkelijk gebruik van deze innovaties om de productiviteit te verhogen. Toch zegt 27% van de werknemers dat ze vandaag AI gebruiken en dat ze 90% meer kans hebben om hun productiviteit te verbeteren dan werknemers die geen AI gebruiken.

Hybride werken

In het tijdperk van hybride werken willen werknemers vooral flexibiliteit. Meer dan de helft van de werknemers (52%) stelt dat flexibele werktijden een van de belangrijkste drijfveren zijn voor productiviteit.

De conclusie is echter niet dat je werknemers vrij hun werktijden en werklocatie laat kiezen. Bepaalde taken kunnen beter samen worden uitgevoerd. Andere ook gelijktijdig?

  • Zo meent 45% van de werknemers dat brainstormbijeenkomsten efficiënter zijn op kantoor.
  • En 71% is van mening dat ze productiever worden als ze dezelfde werktijden hanteren als hun collega's.
  • 60% is van mening dat ze productiever worden als ze op hetzelfde moment op kantoor zijn als collega's van andere teams.

Experimenteer en leg regels vast

Conclusie? "Elk bedrijf moet opties uitproberen. Deze experimenten moeten collectief zijn, want werken is samenwerken. Het gaat er niet om de manier van werken van één persoon te veranderen, maar om het team te transformeren", concludeert Leslie Perlow, Konosuke Matsushita Professor of Leadership in de Business Behaviour Unit aan de Harvard Business School.

Bron Htag

Meer

The State of Work