AI transformeert de financiële sector

In een vorig artikel van FDmagazine las u over de resultaten van de eerste AI-barometer. Met Bjorn Cumps en Nico Vincent van Sailpeak zoomen we er dieper op in.

Hoe zie je in de praktijk de impact van AI op financiële instellingen?

Nico Vincent: “Financiële instellingen zijn technologiebedrijven geworden. Ze integreren na het traditionele gebruik van AI ook voorspellende modellen. Vooral op het vlak van risicobeheer en klantsegmentatie is voorspellende AI in gevorderde mate uitgerold. Generatieve AI bevindt zich in een test- en pilootfase. We zien use cases in de verzekeringssector, bijvoorbeeld in fraudedetectie, maar ook in het domein van een verregaande personalisatie van de marketingcommunicatie. Je kan spreken van een paradigmashift die vergelijkbaar is met de lancering van het internet. In vergelijking met het buitenland is België goed gepositioneerd. We zien strategische investeringen, denk maar aan de participatie van Belfius in de kapitaalverhoging bij AI-speler Mistral. Bedrijven bereiden zich voor. Dat is geruststellend.”

Jullie propageren samenwerking tussen de fintechsector en de financiële instellingen. Waarom is dat nodig?

Bjorn Cumps: “Grote investeringen zijn moeilijk om alleen te realiseren. Er is een gigantische hoeveelheid data vereist om AI-systemen te trainen. Dat lukt niet vanuit een silobenadering. Daarom ontstaan ecosystemen over bedrijven en sectoren heen. Een fintechbedrijf dat samenwerkt met een bank- en verzekeraar: zo verzamel je de broodnodige competenties. Ze bouwen samen de infrastructuur om data te poolen, met respect voor de privacy, veiligheid en bedrijfsstrategie. Je kan bijvoorbeeld de data uit de financiële sector combineren met overheidsdata en die van kleinere spelers in fintech. Zo leren de AI-modellen van meerdere cases en groeit hun performantie.”

Kan je de financiële voordelen van AI kwantificeren?

Bjorn Cumps: “Een eenvoudige automatisering zoals de samenwerking tussen Duco en Europ Assistance spaart 500 werkuren per maand uit. De uitrol van een chatbot is dan weer moeilijker te kwantificeren. De intelligentie van de systemen moet omhoog via training. Uiteraard zet je daarbij altijd een methode op om te meten. De indicatoren zijn efficiëntiewinsten, technologische haalbaarheid en impact op de klant. Ik zie een enorm potentieel om vanuit de cfo-rol rond AI te werken, maar op dit moment is die persoon niet de beslissingsmaker. AI-projecten situeren zich vaak centraal in de organisatiestructuur. Wanneer de AI-maturiteit toeneemt in de verschillende afdelingen, zie ik een decentrale beweging.”

Nico Vincent: “Het is te vroeg om de return on investment (ROI) te bepalen. We zitten nog in de labofase. Het vertrouwen is hoog en executive committees kennen relatief gemakkelijk budgetten toe. We bevinden ons hoog in de Gartner-hypecyclus. De teams beginnen de use cases uit te rollen. Dat zal de ROI meetbaar maken en toekomstige budgetten vrijmaken.”

Hoe verkleinen we de kloof tussen het enthousiasme voor AI op directieniveau en de praktische implementatie op het terrein?

Nico Vincent: “We hebben nu nood aan een nieuwe generatie AI-specialisten, software engineers en data scientists. Opleiding voor iedereen zal daarbij helpen. Net zoals bij de uitrol van het internet, zal AI business as usual worden. Het ethische vraagstuk blijft bestaan. We moeten opletten dat we geen discriminatie veroorzaken, bijvoorbeeld bij de voorspelling van individuele risico’s van cliënten in de verzekeringssector.”

Bjorn Cumps: “Reputatie en vertrouwen zijn cruciaal voor het vertrouwen in AI. Er zijn gelukkig voldoende controlemechanismen en de regelgever kijkt aandachtig mee.”